Muziek

Bahai visie op Muziek

Zing, o Mijn dienaar ...

In de woorden van Bahá’u’lláh

Wij hebben u toegestaan naar muziek en zang te luisteren. Waak er evenwel voor dat u door ernaar te luisteren de grenzen van welvoeglijkheid en waardigheid niet overschrijdt. Laat uw vreugde de vreugde zijn die voortkomt uit Mijn Grootste Naam, een Naam die het hart met verrukking vervult en de geest van allen die God zijn genaderd in vervoering brengt. Wij hebben waarlijk muziek tot een ladder voor uw ziel gemaakt, een middel waardoor de ziel kan opstijgen naar het rijk in den hoge; maak de muziek derhalve niet tot vleugels voor zelfzucht en hartstocht. Waarlijk, Wij hebben er een afkeer van te zien dat u tot de dwazen wordt gerekend.

In de woorden van ‘Abdu’l-Bahá

Wat een geweldige bijeenkomst is dit! Dit zijn de kinderen van het Koninkrijk. Het nummer waar we zojuist naar hebben geluisterd was heel mooi in melodie en woorden. De muziekkunst is goddelijk en indrukwekkend. Zij is voedsel voor de ziel en geest. Door de kracht en charme van muziek wordt de geest van de mens in vervoering gebracht. Zij heeft een geweldige invloed en uitwerking op het hart van kinderen, want hun hart is zuiver en melodieën hebben grote invloed op hen. De sluimerende talenten waarmee het hart van deze kinderen is begiftigd, zullen tot uitdrukking komen via het medium muziek. Daarom moet u zich inspannen om hen te bekwamen; leer hen te zingen met perfectie en gevoel. Het is de plicht van elk kind om iets van muziek te weten, want zonder kennis van deze kunst kunnen de melodieën van instrument en stem niet echt worden genoten. Evenzo is het noodzakelijk dat scholen haar onderwijzen, opdat de ziel en het hart van de leerlingen tot leven komen en worden verblijd en hun leven straalt van vreugde.

O Vogel die zoet van de Abha Schoonheid zingt! In deze nieuwe en wonderbare Godsbeschikking zijn de sluiers van bijgeloof vaneen gescheurd en werden de vooroordelen der oosterse volken veroordeeld. In bepaalde landen in het Oosten werd muziek als verwerpelijk beschouwd, maar in dit nieuwe tijdperk heeft het Manifeste Licht in zijn heilige tafelen duidelijk verkondigd dat muziek, gezongen of gespeeld, geestelijk voedsel is voor ziel en hart.
De muziekkunst behoort tot de kunsten die de hoogste lof verdienen, zij ontroert het hart van allen die treuren. Speel en zing daarom, O Shahnáz, de heilige woorden van God in wonderschone klanken in de samenkomsten van de vrienden, opdat de luisteraar kan worden bevrijd uit de ketenen van zorgen en verdriet, en zijn ziel zich van vreugde kan verheffen en zich in gebed tot het rijk van glorie kan verootmoedigen.

Muziek is een der belangrijke kunsten. Zij heeft een grote invloed op de geest van de mens. Muziekklanken zijn bepaalde verschijnselen die een toevallige eigenschap van luchttrillingen blijken te zijn, want stemgeluid is niets anders dan de weergave van trillingen die, als zij het trommelvlies bereiken, de gehoorzenuw prikkelen. Muziekklanken zijn dus de eigenaardige effecten die door trillingen veroorzaakt worden. Zij hebben echter een allesoverheersende invloed op de geest. Hoewel feitelijk stoffelijk van aard is de geweldige invloed van muziek geestelijk en is zij het meest verbonden met het rijk van de geest. Als iemand een betoog wil houden zal dat na muziek doeltreffender blijken. De oude Grieken, evenals Perzische filosofen, hadden de gewoonte hun voordrachten op de volgende manier te houden: eerst speelden zij enkele melodieën en als hun toehoorders daardoor een bepaalde mate van ontvankelijkheid hadden bereikt legden zij hun instrument dadelijk terzijde en begonnen zij aan hun betoog.
Een van de meest gevierde musici van Perzië was een zekere Bárbud. Steeds wanneer er een belangrijke zaak aan het hof van de koning was bepleit, en de ministers er niet in waren geslaagd om de vorst te overtuigen, legden zij de kwestie meteen voor aan Bárbud, die dan met zijn instrument naar het hof ging en de meest passende en ontroerende muziek speelde; het doel werd meteen bereikt, omdat de koning onmiddellijk werd geraakt door de ontroerende muzikale melodieën, en er bepaalde grootmoedige gevoelens in zijn hart opwelden, en hij gewoonlijk toegaf. U kunt dit zelf uitproberen: als u iets heel graag wilt bereiken, tracht dat bij een groot gehoor dan te doen nadat een mooie solo ten gehore is gebracht, maar het moet wel een publiek zijn dat gevoelig is voor muziek, want er zijn mensen die als een steen zijn, en op stenen kan muziek geen uitwerking hebben.
Muziek is een belangrijk hulpmiddel bij de opvoeding en ontwikkeling der mensheid, maar de ene ware weg vormen de Leringen van God. Muziek is als dit glas, dat schoon en gepolijst is. Zij is precies als dit zuivere drinkglas dat hier voor ons staat, en de Leringen van God, de uitingen van God, zijn als het water. Als het drinkglas of de kelk volmaakt schoon en helder zijn en het water eveneens fris en kristalhelder, dan zal het Leven schenken; daarom maken de Leringen van God, of zij nu de vorm hebben van liederen, lofzangen of gebeden, als zij welluidend worden gezongen de diepste indruk. Om deze reden zong David in melodieuze tonen de Psalmen in het Heilige der Heiligen te Jeruzalem. In dit Geloof is de muziekkunst van het allergrootste belang.
Toen de Gezegende Schoonheid pas in de kazerne (‘Akká) was aangekomen, sprak Hij herhaaldelijk deze woorden: ‘Als er onder de naaste volgelingen enkelen waren geweest die een of ander muziekinstrument hadden kunnen bespelen, zoals de fluit of de harp, of hadden kunnen zingen, dan zou dat iedereen bekoord hebben.’ Kortom, muziek speelt een belangrijke rol in de relaties, de uiterlijke en innerlijke hoedanigheden en de eigenschappen van de mens, want zij is de bezieler en stuwende kracht voor zowel de geestelijke als de stoffelijke ontvankelijkheid. Wat een kracht is zij in alle gevoelens van liefde! Als de mens verbonden is met de Liefde Gods, heeft muziek een grote uitwerking op hem.

 

Bron — Bahá’í Writings on Music - Den Haag 1994

Bekijk naast Muziek ook: Vreugde & Verdriet en Bahá’í Gebeden

Ga terug naar: Geschiedenis in vogelvlucht of Bahá’í visie