Daniel Jenkyn bezoekt Nederland

Daniël Jenkyn bezoekt Nederland

Daniël Jenkyn

Daniël Jenkyn (1884-1914) woonde in de kustplaats St. Ives in Cornwall. Daar werkte hij als klerk bij de Edward Hain Steamship Company. Tijdens een treinreis naar Londen leerde hij het Bahá’í-geloof kennen en kort daarop ontmoette hij ‘Abdu’l-Bahá meerdere keren tijdens diens verblijf in Engeland in 1911.
Jenkyn woonde geïsoleerd, maar via zijn lidmaatschap van de Christian Commonwealth Fellowship kreeg hij een groot aantal correspondentie-vrienden. En zo kwam het dat hij in het najaar van 1913 een lang weekend in Nederland doorbracht om daar enkele van hen in persoon te ontmoeten.

Op vrijdagochtend 17 oktober kwam hij in Rotterdam aan en werd daar ontvangen door mejuffrouw Besselaar. In de middag ging hij naar Delft waar hij een “erg gelukkige tijd doorbracht met de heer Don en de heer De Hoogh die de Bahá’í Boodschap hadden ontvangen van onze geliefde broeder dominee H. Wormhous”. Zaterdagochtend reisde hij naar Haarlem om daar met mevr. Havelaar de “Baha’i boodschap” te bespreken. En daarna ging hij naar Blaricum.

— “Van zaterdagmiddag tot zondagmiddag bracht ik een plezierige tijd door in Blaricum in Noord-Holland, alwaar de heer en mevrouw N.G. Enzlin mij een waar Bahá’í welkom gaven, en mij introduceerde bij verschillende van hun vrienden die mij om informatie over de Boodschap van Bahá’u’lláh vroegen en die wilden weten op welke punten de Bahá’í Beweging zich onderscheidt van eerdere pogingen die werden ondernomen en faalden. Moge de onweerstaanbare kracht van het Woord van God diep wortel schieten in het hart van deze beste vrienden! […]
Mijn terugreis door Holland werd verlicht door de liefhebbende gezichten van de heer Enzlin en enkele vrienden in Hilversum, de heer Don en zijn verloofde in Delft, de heer De Hoogh en de heer Westeroff [sic] in Rotterdam.
Ik maakte de oversteek naar Harwich en was op maandagavond 20 oktober weer terug in mijn kleine stadje in Cornwall; erg blij met de grote vriendelijkheid die mij door de vrienden in verschillende plaatsen was betoond.
Op dit gelukkige moment waren drie zaken bijzonder opvallend: 1) de sterke invloed van de Theosofie en de bereidheid van theosofen om naar de Bahá’í Boodschap te luisteren; 2) de grote waarde van de ‘Christian Commonwealth’ en 3) het belang van Esperanto.” —

— Daniël Jenkyn

Jenkyn kon zijn werk in Nederland niet verder consolideren. Hij overleed aan influenza op oudejaarsdag 1914.

Daniël Jenkyn bezoekt Nederland

St. Ives in Cornwall

Daniel Jenkyn

Sportbeschuitfabriek “Enzlin” in Blaricum

Jelle de Vries: The Babi Question You Mentioned ... ; The Origins of the Bahá’í Community of the Netherlands, 1844-1962. - Leuven 2002

Ga terug naar: Nederlandse geschiedenis